The Neighborhood School

Gisteren en vandaag weer een hele mooie school bezocht. Als ik zeg mooi, dan heb ik het niet over de buitenkant van de school maar over de manier van lesgeven.
Er heerst een heel open sfeer in het gebouw, een sfeer van vertrouwen en respect, elke leerling wordt gezien als een uniek persoon, ze willen de kinderen individueel begeleiden in hun ontwikkeling en ieder kind bieden wat het nodig heeft om te leren. Het voelt als een grote familie, heel warm naar elkaar toe. Er wordt niet alleen geleerd met het hoofd maar ook met het hart.
Ze zijn vooral gericht op het leerproces, veel minder op het leerdoel. Leerkrachten bepalen in overleg met de leerling wat het kind wil leren en wat het daarvoor nodig heeft. Leerlingen reflecteren, evalueren en presenteren hun leerproces naar de groep, de leerkracht en hun ouders. Het leerproces wordt gevolgd en zichtbaar gemaakt door observaties, verslaglegging en een portfolio van de kinderen. Er is veel contact met de ouders en tweemaal per jaar krijgen ouders een rapport/verslag van vier pagina’s waarin de voortgang van de ontwikkeling van het kind wordt weergegeven en besproken.
Een van de CES-doelen is “Goals apply to all students”. Ik vraag me af: om welke doelen gaat het dan? Kennisdoelen? Vaardigheidsdoelen? Waar wil je als school heen? Wat wil je dat kinderen kennen of kunnen? Gaat het alleen om kennis? Of om hun ontwikkeling, ontplooiing als mens in de maatschappij? Wat is hierin je visie?
Kennis kun je meten met testresultaten, leren kun je ook in beeld brengen met b.v. een portfolio. Wil je resultaatgericht werken of procesgericht? Waar leg je je accent, op kennis of op vaardigheden?
Ik ben benieuwd wat we hier morgen over te zien krijgen op de volgende school in Boston…….

 

20171024_101308.jpg

 

The Castle Bridge School

 

Vandaag the Castle Bridge school bezocht. Een basisschool in de wijk Harlem, er zitten 75% zwarte en Spaanstalige leerlingen op school. Bij ons zouden we zeggen een ‘zwarte school’. Omdat veel leerlingen thuis Spaans spreken is de school tweetalig. De ene dag zijn de lessen in het Spaans, de volgende dag in het Engels.

Op maandagochtend is er een gezamenlijke weekopening in de aula, de leerlingen en ouders worden welkom geheten en er wordt een half uurtje samen gezongen. Heel sfeervol en gezellig. Er waren  veel ouders aanwezig.
Daarna gingen de leerlingen naar de klassen en wij mochten daar gaan rondkijken. Natuurlijk ging ik eerst de kleutergroepen in. Er zaten ongeveer 24 leerlingen in de groep en er zijn standaard 5 volwassen begeleiders. Ik voelde me er direct thuis want de klassen leken best veel op onze kleutergroepen. Het was wel wat drukker, er hing veel aan de wanden en er stonden veel kasten kris kras door het lokaal waardoor er verschillende hoeken gecreëerd waren waar de kinderen verschillende activiteiten konden doen. Er was een hele grote bouwhoek met veel blokken die netjes gesorteerd in kasten lagen. In de kasten stond geen ontwikkelingsmateriaal zoals wij dat kennen, wel veel boeken en knutselmateriaal. Geen computers, ook geen digibord. Ze vinden dat niet goed voor kleuters, ze moeten met hun handen werken, dat is veel belangrijker.
De kinderen mochten eerst een werkje kiezen op het werkbord: schrijftafel, bouwhoek, watertafel, knutseltafel (art), speelhoek, (gezelsschaps-)spelletjes, een ontdekhoek waar ze een cavia mochten verzorgen. Er was aangegeven hoeveel kinderen er in elke hoek mochten. Het systeem was ongeveer hetzelfde als bij ons.
De kinderen gingen een uur in de hoek van hun keuze werken, ze mochten geen ander werkje als ze geen zin meer hadden, het was de taak van de begeleider/leerkracht om de kinderen uit te blijven dagen door te zorgen voor verdieping. Er waren ook verplichte werkjes, alle kinderen komen die week aan de beurt om een knutselwerk te maken. Ze mogen niet te vaak hetzelfde werk achter elkaar kiezen, dan heeft de leerkracht een gesprekje met het kind om het kind te stimuleren iets anders te kiezen. Er wordt geleerd om eerst een plan te maken en dat in stappen uit te voeren.
Observaties m.b.t. vorderingen in de ontwikkeling van de kinderen worden net zoals bij onze kleutergroepen digitaal genoteerd, ze gebruiken hiervoor een site van Google.
Na afloop van de werkles mochten een aantal kinderen aan de groep presenteren wat ze gemaakt hadden en er ook wat over vertellen.
Naast de werkles zijn er ook kringactiviteiten waar aandacht besteed wordt aan taalactiviteiten, het leren van de letters en aan het rekenen. Het leren lezen en schrijven gebeurt niet klassikaal zoals bij ons maar veel meer individueel n.a.v. tekeningen en wat kinderen erbij willen schrijven.
In de klas was een heel prettige rustige sfeer, de kinderen krijgen volop aandacht en begeleiding bij de activiteit waar ze mee bezig zijn. Het onderwijs is gericht op wat de kinderen graag willen leren, de kinderen mogen veel zelf onderzoeken en ontdekken. In de groep zijn ook kinderen met ‘special needs’, kinderen met een beperking die extra begeleiding krijgen.
Sociale ontwikkeling is erg belangrijk, er zijn regels voor de omgang met elkaar:

 

·         we take care of eachothers body

 

·         we take care of eachothers feelings

 

·         we take care of our classroom

 

·         we take care of eachothers learning

 

Aan het eind van de dag worden deze regels besproken en wordt geëvalueerd of dit is gebeurd.
Kinderen die iets gedaan hebben m.b.t. deze regels mogen een beertje uit de doos halen en in de pot doen. Als de pot vol is volgt een beloning. Dit vond ik erg mooie afspraken die ik graag mee terug zou willen nemen naar mijn eigen klas.

 

Kortom:

 

Een heel interessante dag. Veel overeenkomsten maar ook verschillen:

 

·         Veel meer procesgericht in plaats van resultaat gericht onderwijs.

 

·         Vertrouwen en rust.

 

·         Aandacht en verdieping.

 

·         Leren leren.

 

·         Betrokkenheid van alle kinderen.

 

·         Presentatie en reflectie.

 

Wat ik mee wil nemen naar mijn eigen groep/school:

 

·         Meer aandacht voor de persoonlijkheid van elk kind.

 

·         Meer aandacht voor sociale regels in de groep.

 

·         Meer aandacht voor presentatie, evaluatie en reflectie.

 

20171023_110131.jpg

 

 


Woelige onderwijswateren

Over drie weken is het zover, we gaan naar New York en Boston. Waarom ga ik mee, wat hoop ik daar te zien te krijgen?
Bijna 40 jaar geleden begonnen in het onderwijs, kleuterjuf in hart en nieren, opgeleid op de KLOS (Kleuter Leidsters Opleidings School). Daar leerde ik dat het kind uitgangspunt is voor het onderwijs, dat het belangrijk het is om aan te sluiten bij de belangstelling, belevingswereld en ontwikkeling van de kleuter. De opleiding was er vooral op gericht om ons hierover veel kennis mee te geven.
De kleuter leert door te experimenteren en handelend met de wereld om te gaan, waarbij taal een belangrijk middel is. Het kind moet uitgedaagd worden en ervaringen opdoen. De ontwikkeling van het individuele kind moet nauwkeurig gevolgd en zo nodig extra gestimuleerd worden. Methodes waren er in het kleuteronderwijs niet of nauwelijks, we gingen uit van leergangen en ontwikkelingsfasen.
Met de komst van de basisschool is er veel veranderd. Lagere school en kleuterschool werden geïntegreerd. We volgden cursussen om breed inzetbaar te worden, de verschillende onderwijsvormen moesten meer op elkaar afgestemd worden. Dat verliep niet altijd soepel, er was veel verschil van mening over hoe het onderwijs ingericht moest worden. Er kwamen ook methodes voor kleuters en er werd verwacht dat iedereen de methode ging volgen.
Het kleuteronderwijs verschoolde steeds verder. Ik moest vaak denken aan de woorden van de directrice van de KLOS: ‘Zorg ervoor dames dat de verworvenheden van het kleuteronderwijs niet verloren gaan!’ Ik voelde dat ook als mijn opdracht. Al was het vaak tegen de stroom in roeien.
Rond 2000 maakten we kennis met een nieuw concept: Basisontwikkeling. Het kind stond hier weer centraal. Het was echt kind- en ontwikkelingsgericht en sloot goed aan bij de manier van werken die ik van vroeger uit gewend was.
Even later deed het opbrengstgericht werken zijn intrede, de resultaten moesten gemeten worden, ook de kleuters moesten getoetst worden. Meten is weten! De normen moesten gehaald worden! De prestatiedruk werd groter zowel voor de leerling als voor de leerkracht. Het spel en het natuurlijke leren van kleuters loopt gevaar.
Gelukkig is er weer hoop. Alles wat ik gelezen en gehoord heb over de CES scholen maakt mij enthousiast. De principes zijn zo herkenbaar. Ik word er helemaal blij van!
Ik ben op zoek naar onderwijs wat recht doet aan het kind, waar het kind centraal staat, waar kinderen op hun eigen manier mogen leren en zelf mogen ontdekken, waar kinderen actief bezig zijn met leren en zichzelf uitdagen, waar leerkrachten ervoor zorgen dat er veel te ontdekken valt en het kind begeleiden om zijn talenten te ontplooien.
Ik ben erg benieuwd hoe dit alles in de CES-scholen vorm krijgt. Dit zijn de punten waar ik speciaal op ga letten tijdens de schoolbezoeken in Amerika.
• Hoe kom ik erachter wat een leerling boeit en hoe het kind uitgedaagd kan worden?
• Hoe kan ik kinderen hierin begeleiden en sturen?
• Welke middelen kan ik inzetten om ervoor te zorgen dat alle kinderen op een voor hen passende manier worden aangesproken?
• Hoe volg ik hun ontwikkeling en zorg ik ervoor dat zij de kerndoelen behalen.

USA, here I come!

 
Gedicht: De honderd talen van kinderen

Het kind
bestaat uit honderd
Het kind heeft
honderd talen
honderd handen
honderd gedachten
honderd manieren van denken
van spelen, van praten.
Honderd altijd honderd
manieren van luisteren
van verwonderen van liefhebben
honderd vreugdes
in zingen en begrijpen
honderd werelden
om honderd werelden te ontdekken
om uit te vinden
honderd werelden
om te dromen.
Het kind heeft
honderd talen
(en nog honderd honderd meer)
maar ze stelen er negenennegentig.
School en cultuur
scheiden hoofd van lichaam.
Ze vertellen het kind:
te denken zonder handen
te doen zonder hoofd
te luisteren en niet te spreken
te begrijpen zonder vreugde
alleen met Pasen en Kerstmis
lief te hebben en zich te verwonderen.
Ze vertellen het kind:
de wereld te ontdekken die er al is
en van de honderd
stelen ze er negenennegentig.
Ze vertellen het kind:
dat werk en spel
werkelijkheid en fantasie
wetenschap en verbeelding
hemel en aarde
verstand en droom
dingen zijn
die niet samengaan.
En daarmee vertellen ze het kind
dat de honderd niet bestaan.
Het kind zegt:
Echt wel. De honderd bestaan wél.

 
Loris Malaguzzi
(een van de oprichters van Reggio Emilia)

Mission Hill

Vandaag lijken dingen op hun plaats te gaan vallen. Mijn struggle van de afgelopen dagen maakt plaats voor rust en concrete plannen.

Be kind, work hard. Dit principe dekt zoveel. Zelf kwam ik al eerder tot de conclusie dat mijn focus in de praktijk meer ligt op de “work hard” kant. Hier ga ik meer balans in aanbrengen. We vinden het welbevinden allemaal zo belangrijk, maar vraag jezelf eens af wat je echt weet van je leerlingen. Wat gaat er in ze om en wat hebben ze nodig om vandaag een fijne dag te hebben.

Be kind! Het zit hem in de kleine dingen. Laat een ander weten waarom je hem waardeert. Laat weten dat je ziet hoe hard ze werken. Schrijf ze een note omdat iemand iets aardigs voor een ander deed. Vraag hoe ze zich voelen vandaag. Benoem wat je ziet en vraag door. Durf als leerkracht te vragen om feedback, ook aan je leerlingen. Geef je grenzen aan en sta open voor andermans ideeën. Strict in a loving way. Niet van leerkracht tot leerling, maar van mens tot mens. Voelt iedereen zich welkom en veilig, dan komt het leren vanzelf. En dat leren…..dan graag geïntergreerd en betekenisvol. FUN!

Work hard! Mijn voornemen is om daar meer betekenisvol inhoud aan te gaan geven en tijd te nemen voor het proces. Vragen stellen en kinderen elkaar vragen laten stellen met in ons achterhoofd; be kind, be helpfull and be specific.

En waarom was ik de afgelopen dagen nu zo in conflict met mezelf?
Omdat ik tot de conclusie ben gekomen mezelf en waar ik voor sta een beetje kwijt te zijn geraakt. Veel te druk maken over resultaten in plaats van het kind centraal te stellen en leuk onderwijs te verzorgen. Dus ik ga weer dicht bij mezelf blijven en me niet mee laten slepen in de dagelijkse drukte en alles waarvan je denkt dat het moet.

The neighborhood School

Op twee van de drie leervragen die ik vooraf heb opgesteld heb ik nog geen antwoord gevonden. Maakt dit uit? NEE helemaal niet! Vanmorgen heb ik me onder laten dompelen in de manier van denken en werken op de neighborhood School. Het resultaat…..I’m struggling with myself. Leg de focus wordt er gezegd. Maar hoe doe je dat wanneer je zoveel ziet waarvan je denkt, ja zo wil ik dat ook gaan doen. En dat is dan ook direct mijn valkuil, teveel willen.

Wat fijn dat er dan collega’s zijn die deze signalen opvangen en een verdiepend gesprek met je aangaan. Doorvragen, doorvragen en nog een keer doorvragen totdat je bij de kern komt en daar kwamen we…… De relatie tussen leerkracht en kind of eigenlijk tussen mens en mens, persoon en persoon. Wat hebben ze nodig om zich te kunnen ontwikkelen tot een fijn weldenkend mens. En wat hebben ze nodig om zich echt open te durven stellen in de groep. Is dat niet belangrijker dan al de resultaten? In de aankomende dagen ga ik voor mezelf op een rijtje zetten hoe ik dit aan ga pakken binnen mijn groep. Welke vaardigheden heb ik nodig? Vragen, doorvragen en nog dieper doorvragen, dat in ieder geval.

En dan project time. Wat een betrokkenheid en plezier zie ik bij de kinderen. Geïntergreerd onderwijs, alles zie je erin terug. Zeker een voornemen om dat gewoon te gaan doen. Het hoeft niet meteen perfect. Begin gewoon en al doende leert men. 

Wat een fijne dag, wat een fijne school, wat een fijne mensen en wat een fijne reisgroep……

CPE1

Wat een heerlijk begin van de dag.  Samen zingen in een auditorium. Leerlingen, leerkrachten en ouders zijn welkom en beginnen zo gezamenlijk de week. Genieten met een grote G. Daarna word ik geraakt. Een vader vertelt over zijn traditionele afkomst, de ideeĕn die hij had over onderwijs en de mentaliteit die in de USA heerst. Je bent bevoorrecht of je vecht voor je plaats. De keuze voor deze school is door zijn vrouw gemaakt. Het kostte hem moeite om te begrijpen hoe ze hier invulling geven aan het onderwijs. Daarom organiseren de leerkrachten avonden om aan ouders uit te leggen waarom ze lesgeven zoals ze doen. Samen dragen ze deze school, wat voelt dat goed. Onderwijs maak je samen.

Ik raak in gesprek met een leerling. Zij is tijdens project time aan het werken aan een interview. Vier van haar klasgenoten heeft ze gekozen om te interviewen. Op mijn vraag waarom deze vier antwoordt ze: omdat zij antwoorden geven die dieper ingaan op mijn vraag. Ik vraag haar ook of ze vriendinnen heeft die naar andere scholen gaan en wat de verschillen zijn met de school waar zij naartoe gaan. De verschillen tussen vrienden die op andere scholen zitten; They learn about facts, I learn about the process. Daar gaat het hier om. Waar loop je tegen aan tijdens je eigen leerproces en hoe ga je daarmee om? Voor mij een goed voornemen om in de klas meer tijd te gaan creëren voor individuele gesprekken met leerlingen. 

Nog steeds loop ik met een heel aantal vragen, m.n. op het gebied van werken in niveaugroepen en daar overzicht over houden. Ik kijk uit naar de dag van morgen……

The countdown

Wat vliegen de weken voorbij. Vorige week Esta formulier aangevraagd, afgelopen weekend de laatste zaken thuis geregeld v.w.b. oppas en vandaag de laatste bijeenkomst met ons reisgezelschap.

Thuis had ik een leuk gesprek met mijn eigen kinderen over wat zij nog wisten van hun schooltijd in Amerika. Van 2010 tot 2013 woonde ik met mijn gezin in Texas. In die tijd heb ik vrijwilligerswerk gedaan op de school van mijn oudste. Het eerste wat zij er over vertelde was; mijn juf, Mrs Perez, was zo blij dat ik er was. Die sfeer op school was zo goed, dat voelde ik ook. Het was een community, iedereen was begaan met elkaar. Aan de verschillende geluiden om mij heen maak ik op dat ik dat  nu ook weer ga meemaken. Ik word daar gewoon blij van. Verder hadden we het over de rust, de vaste structuur, de kleine groep, het vloerkleed waar instructie op werd gegeven en zoveel verschillende werkvormen en lessen. En dan denk ik als leerkracht aan mijn diverse groep van 27 leerlingen, aan al die methodes en aan mijn leervragen.

Less is more, depth over coverage: How can I better accommodate the needs and skills of pupils? (Hoe kan ik beter aansluiten bij de talenten en vaardigheden van leerlingen)

Goals apply to all students: How can I maintain an overview so that everyone achieves his or her learning objectives? (Hoe hou ik overzicht op dat iedereen de leerdoelen behaald)

Student as worker, teacher as coach: What skills do I need to coach different types of learning? (Welke vaardigheden heb ik nodig om verschillende leerprocessen te coachen)

Wat ben ik benieuwd!

 

The countdown

En ineens is het echte aftellen begonnen. Na een heerlijke zomervakantie en een goede start vorige week realiseerde ik mij vandaag dat we over 2 maanden in de States zitten. Waarom kwamen deze gedachte vandaag ineens bij me op?

Tijdens een cursus lezen/spellen werd de rol van de leerkracht ter discussie gesteld. Daarnaast werd er gesproken over de groepsopstelling. Opmerkingen als; dit is net als vroeger, leerkracht is model en doet voor, tegenover elkaar zitten in groepen lokt onrustig gedrag uit, dagelijks dezelfde opbouw biedt duidelijkheid kwamen veelal voorbij. Kort door de bocht gezegd…….Weinig eigen inbreng vanuit het kind en geen coachende rol voor de leerkracht. Het schijnt erg goed te werken.

Gemengde gevoelens waren het resultaat. Het zette mij wel aan het denken omdat een van mijn leervragen is; welke vaardigheden heb ik nodig om verschillende leerprocessen te coachen.

Coachen!? Werkt dat dan op ieder leergebied? Hoe pakken ze dat daar aan?

We gaan het meemaken……looking forward to it!

 

Ik ben in Holland en heb meegenomen:

Eindreflectie

  • Leerstrategieën, hier kan ik meer op focussen. Waarom vraag ik dat aan je? Waarom leer je dit? Een vraag niet beantwoorden maar teruggeven. Wat zou je kunnen doen? Wat denk je? Dit hangt meteen weer samen met de Habits of Mind. Met deze focus wil ik het probleemoplossend vermogen vergroten en leerlingen minder afhankelijk maken van mij.
  • Muziek, tja het kwam er vaak niet van. Mijn eerste muziekles weer gegeven. Oftewel inplannen en opschrijven en doen!
  • De website, kan ik die niet wekelijks door kinderen laten bijwerken? Laat ik dit eens gaan uitproberen. Hiermee ook een stukje ouderbetrokkenheid vergroten. Focus hierbij ligt dan op, kinderen laten vertellen wat ze die week geleerd / geoefend hebben (habbits of mind). In de weekmail kan ik dan hier naar verwijzen. Ik denk eraan om elk kind een schriftje te geven. Waarin ze ten alle tijden kunnen opschrijven wat ze leren / geleerd hebben.
  • Something to think about, ik wil iets op de deur gaan maken met vragen erop. Hiervoor wil ik filosofie met kinderen weer oppakken. Gesprekken waar geen een antwoord op een vraag is, kijken naar vele standpunten, langer over iets nadenken, dieper gaan. Focus op de Habits of Mind maar dus ook Less is More, depth over coverage.
  • Mijn eerste creatieve les is gepland. Niet meer, dit is de opdracht en iedereen gaat dit maken. Nu eens proberen, als ik een vraag stel, waar kinderen mee komen…. Mijn 1e vraag zal zijn, wat is kunst? Wat vind jij kunst? Wat voor kunst ga jij maken? (en wat heb je nodig) Ik denk dan dat je terug gaat naar het creatief denken en niet meer het nadoen van wat is voorgedaan.
  • Thematisch werken, ja dit gaan we doen op De Nicolaas. Maar welke vorm geven we het? Hierbij wil ik waken voor de eigen inbreng van de leerlingen. We moeten zeker niet alles dicht timmeren met opdrachten. Er moet ook ruimte zijn voor eigen inbreng / talenten van de kinderen. En welke rol kunnen kinderen (maar ook ouders) hierin betekenen? Kunnen die ook geen aanbod geven binnen een thema? Als team moeten we hierin de focus maken op de 21 first century skills.

Ik ga naar Holland en neem mee

Verwarring

Vandaag een school gezien die veel indruk maakte. Een high school waar geen kluisjes zijn, leerlingen zetten hun tassen soms gewoon op de grond in de hal neer. Dan heb je veiligheid en vertrouwen!

Huiswerk mag, keuze uit verschillende manieren passend bij de verschillende leerstijlen. De leerkracht geeft advies en praat erover. De vraag is, wat heb jij nodig. Ze spreken vertrouwen uit in de keuze die de student maakt.

De hele dag door hoor ik vragen, complimenten en zie ik leerlingen (pubers) in groepjes serieus en zonder toezicht werken (ook op de gang of zelfs buiten).

Lopend over gangen waarin leerlingen je begroeten, vragen of ze je kunnenhelpen als ze zien dat je de weg zoekt, in de klas je erbij betrekken zodat je niet alleen kijkt maar ook deelneemt.

In een gesprek met een leerling zei ze dit:

“They teach you to learn in stead off learning you facts.”